Voor onszelf en onze kinderen

Cijfers zijn zo van belang voor ons beeld van de maatschappij waar we in leven. Lees onderstaande cijfers uit een nieuwsbericht van RTL nieuws maar eens en kijk of het overeenkomt met hoe jij dacht dat het zat met deze punten. 

En als een kind in 70% van de gevallen, na de scheiding van hun ouders met een nieuwe partner in aanraking komt – hoe belangrijk is het dan dat we leren over het hoe en wat hiervan? De grote noodzaak voor deskundige en ervaren voorlichting, ondersteuning en coaching. Zoals bij Stiefleven. Zodat nieuwe relaties meer kans van slagen hebben, zodat het welzijn van betrokken volwassenen en kinderen meer kan worden geborgd. En dat de Liefde kan overleven.

Is het niet voor onszelf, dan voor onze kinderen.

Nieuwe relatie vaak instabiel

In 2017 deden het CBS en de Universiteit van Amsterdam samen een uitgebreid onderzoek naar gezinssituaties en de relaties tussen kinderen en hun ouders en stiefouders. Ze ondervroegen daarvoor Nederlanders tussen de 25 en 46 jaar oud. De belangrijkste conclusies:

* Bijna 1 op de 5 woonde tijdens (een deel van) hun jeugd niet met beide ouders. Van hen maakte driekwart een scheiding mee, 14 procent het overlijden van een ouder en 10 procent werd geboren in een eenoudergezin. Degenen die niet in een ‘standaard’ gezin opgroeiden, woonden meestal bij hun moeder. 

* Gescheiden ouders bleven meestal niet alleen. Tijdens de jeugd van het kind had 70 procent van de vaders en 60 procent van de moeders ten minste één keer een nieuwe huwelijks- of samenwoonrelatie gehad (van minimaal twee jaar). 

* Die nieuwe relaties waren vaak instabiel, waardoor er ook weer stiefouders uit beeld verdwenen. Ongeveer 4 op de 10 nieuwe huwelijks- of samenwoonrelaties (van minimaal twee jaar) eindigde in een (echt)scheiding.

Meer cijfers en informatie over het onderzoek: www.cbs.nl